woensdag 23 juli 2008

9. Brechtel Brecht stelt vragen.

Wat was uw laatste opdracht voor Paris Batch, meneer James?”
“Daar kan ik heel eerlijk in zijn, ik heb in Haarlem in het Teylers Museum een personeelskrant gemaakt, ik heb ook het personeel geïnterviewd en ik heb wekenlang opnames gemaakt in de kelder.”
“Heeft dat iets te maken met de verdwenen Rollant collectie?”
“Niet dat ik weet, de kelders zijn helemaal leeg zover ik weet.”
“Fotografeert u alleen voor Paris Batch?”
“Nee, ik werk ook freelance voor Waslud Ltd., u heeft Quirine DuCalembour aan de telefoon gehad, ze werkt voor een distributiebedrijf in Amsterdam en ik heb een fotopersbureau. Voor diverse kranten en tijdschriften schrijf ik artikelen, daarnaast fotografeer ik freelace voor Playboy Germany. Op het gebied van telematica heb ik heb een internationale werkgroep onder contract. Het management daarvan heb ik uitbesteed aan Mariët van Santen, een van mijn beste medewerkers.
Ik vergeet nog wat, ik ben aangesteld als interim directeur voor een filmmaatschappij in Oberturm bij Salzburg in Oostenrijk.”
“Wat heeft u de laatste drie weken gedaan, meneer James?”
“Samen met Mariët van Santen heb ik op het gebied van telecommunicatie een start gemaakt aan een aantal internationale activiteiten. Ik heb gewerkt in Ierland. Wij hebben daar een huis gehuurd aan de zuidwestkust om ongestoord te kunnen werken.”
Brechtel Brecht wist voorlopig voldoende.
Brechtel reed Emiel nog door de hele tuin en op zijn kamer gekomen stopte ze Emiel opnieuw in bed. Samen dronken zij Lapsang Souchong thee en aten een boerenboterham met Zwitserse kaas.
Brechtel bleef met de vraag zitten, “Hoe kunnen de mannen van Dizzy Ledzky weten, dat uitgerekend Emiel in het Fahrni Chalet een paar dagen verblijft met leerlingen van de École Commerce uit Zürich? Waar is je fototoestel, Emiel?”

Geen opmerkingen: